GBA-I

Zowel de bij recreatief gebruik gebruikte flessengassen (propaan/butaan) als de bij narcosegasaanvallen gebruikte stoffen zijn in hun gasvormige toestand zwaarder dan lucht, d.w.z. dat zij zich eerst op de bodem van het voertuig verzamelen. Een dergelijke gassensor moet daarom altijd onder de slaapplaatsen in/op een verticaal oppervlak worden gemonteerd. Ongeveer 10-30 cm boven de grond is de juiste hoogte. Dit geeft je genoeg tijd om te reageren in geval van nood. In geval van ruimtelijke scheiding door gordijnen of schuifdeuren is een andere gassensor of onafhankelijke gasdetector nuttig. Zorg er in elk geval voor dat de sensor zich op voldoende afstand van verwarmingsopeningen en gasbatterijen bevindt.

CO-sensoren worden daarentegen vaak zo hoog mogelijk gemonteerd. Dicht bij het plafond is optimaal.

Onze gassensoren detecteren propaan, butaan en het hele gamma anesthetica/gassen. G.A.S.-pro en G.A.S.-pro III, naar behoren uitgerust, detecteren ook koolmonoxide.

De toestellen zijn visueel identiek, maar kunnen gemakkelijk aan de achterzijde worden herkend via het typeplaatje. GBA I slaat alleen alarm in het voertuig, de ingebouwde piëzo sirene geeft 85dB. Bij de draadloze gasdetector 868 wordt het alarmsysteem in werking gesteld door middel van een radiosignaal. Dit activeert de richtingaanwijzers, de sirene en de claxon (afhankelijk van het voertuig, het alarmsysteem en de accessoires).

Van gasdetectoren wordt vaak gezegd dat ze de neiging hebben vals alarm te geven. Gassensoren reageren ook op flessengas of stoffen die in bepaalde concentraties op anesthesiegas lijken. Technisch gezien zijn er geen valse alarmen, je verbindt alleen geen mogelijke oorzaken met het apparaat: deodorant, aftershave, agressieve schoonmaakmiddelen, lichaamsgassen (vooral van viervoeters) of zelfs alcohol op de adem of fondue kunnen een gevoelige gasdetector zeker doen afgaan.

Ondanks de temperatuurcompensatie, de voortdurende zelftests en de intelligente software-evaluatie van de meetwaarden van de sensor, kan een vals alarm soms niet worden uitgesloten. Betrouwbaarheid in noodgevallen is van het grootste belang: beter één alarm te vaak dan één te weinig.

Het is juist de juiste montagehoogte die "slechte" gassen (d.w.z. valse alarmen) op doorslaggevende wijze uitfiltert.

Bij een overval, of poging tot overval met verdovende gassen, worden vaak chemicaliën uit de groothandel gebruikt. Chloroform of ether zijn welbekend, maar ook stoffen die b.v. afkomstig zijn van de plasticproductie worden gebruikt. Ze kosten daar weinig geld in grote containers en vereisen zelden identificatie.

De vloeibare chemische stof komt via een injectiecanule door rubberen afdichtingen of geforceerde ventilatieopeningen in de passagiersruimte terecht en verdampt daar bij kamertemperatuur tot een gasmengsel. Dit vult het voertuig van onder tot boven en brengt de personen die er slapen in een schemertoestand. Deze schemerige slaap stelt inbrekers in staat een veel hoger geluidsniveau te gebruiken en toch onopgemerkt te blijven.

De derde draad in de aansluitkabel van de compacte gasdetector wordt alleen gebruikt in een speciale klantversie (OEM) en kan voor normaal gebruik worden ingekort/verwaarloosd.

Gebruik alstublieft geen propaangasfles! Spiritus en dergelijke zijn ook niet geschikt en kunnen de sensorkop zelfs beschadigen. Een test kan veilig worden uitgevoerd met een in de handel verkrijgbare aansteker, en zou zelfs regelmatig moeten worden uitgevoerd. In het geval van een aansteker met elektronische ontsteking, blaas de vlam gewoon uit.

Ja, dit is "alleen" de stroomtoevoerkabel. Gebruik a.u.b. kabels met dezelfde (3x0,14²) of grotere doorsnede en zorg voor een betrouwbare verbinding.